![]() |
Aston Martin DB5 James Bond (1964) |
Aston Martin bestaat 100 jaar. Om precies te zijn is het vandaag(!), dinsdag 15 januari, exact een eeuw geleden dat het merk werd opgericht door Lionel Martin en Robert Bamford. De merknaam ontstond uit het feit dat Martin successen boekte in de heuvelklim op Aston Hill met een zelfgebouwde auto: vandaar Aston Martin. Het is een prestatie dat Aston Martin de honderd jaar heeft gehaald. De geschiedenis van het Britse edelmerk is een voortdurend verhaal van geldgebrek en steeds nieuwe eigenaren en geldschieters. De Britten waren beter in techniek dan in commercie. Nog best knap dat ze tot de nodige aansprekende modellen en prototypen zijn gekomen.
Na de Tweede Wereldoorlog kwam Aston Martin met beeldbepalende, elegante modellen onder leiding van David Brown. Deze tractorfabrikant stak zijn vermogen in de noodlijdende autofabrikant en als hij dat toen niet had gedaan was er nu weinig te vieren. Zijn naam is verbonden met de DB-modellen die het merk op de kaart zetten. Dat begon met de pure, eenvoudige lijnen van de DB2 en DB2/4 waarna de DB4, DB5 en DB6 volgden. De beroemdste is uiteraard de met gadgets uitgeruste DB5 uit 1964 die voor altijd verbonden is met James Bond. Op de klassiekerbeurs InterClassics – met als thema 100 jaar Aston Martin – was afgelopen weekend onder meer het exemplaar uit het Louwman Museum te zien, één van de drie overgebleven auto’s die is gebruikt bij de opnamen van de film ‘Goldfinger’ met Sean Connery als Bond. Met deze filmrol bevestigde Aston Martin zijn imago van typisch Brits en stijlvol.
Stijlbreuk
Met de DBS uit 1967 en de V8 uit 1969 luidde Aston Martin een nieuw tijdperk in. Het duidelijk hoekiger en scherper gelijnde design is een fikse stijlbreuk met de voorgaande modellen.
Begin jaren zeventig wisselde het bedrijf een paar keer van eigenaar, wat de ontwikkelingsbudgetten geen goed deed. Vanaf 1975 onder de hoede van de twee Amerikanen Peter Sprague en George Minden ging het weer bergop met de V8 Vantage van 1977 en een jaar later de cabrioletversie Volante. Of het aan de origine van de eigenaren ligt, weten we niet, maar de auto’s lijken meer op brute Amerikaanse muscle cars dan op elegante tourers. Zet maar eens een Ford Mustang uit die tijd naast zo’n V8 Vantage en de overeenkomsten zijn duidelijk.
In de jaren tachtig was met name olie-entrepreneur en autoliefhebber Victor Gauntlett belangrijk voor het voortbestaan van Aston Martin.
Door – alweer – de noodzaak van vers geld liet Ford eind jaren tachtig zijn oog vallen op het Britse merk. De economie zat in de lift en om aansprekende modellen te kunnen blijven maken voor een groeiende markt, moest Aston Martin een grote investeerder aan boord halen. De V8 was intussen al zo lang op de markt dat hij verouderd was. Door bemoeienis van Walter Hayes van Ford Europe nam de Amerikaanse autoreus een belang in Aston Martin. Dat hielp om in 1988 na 20 jaar eindelijk weer een echt nieuwe Aston Martin te presenteren: de Virage. Nog steeds een geweldenaar en nog steeds modern ogend. Niet gemakkelijk om mee te rijden overigens, laat een eigenaar weten. De auto is nerveus en moet op toeren worden gehouden. Geen echte Grand Tourer dus.
De Virage kreeg gezelschap van nog een nieuw model dat kon worden ontwikkeld door verregaand in het onderdelenmagazijn van Ford te winkelen. Dat kon omdat Ford in 1991 volledig eigenaar werd van Aston Martin, met stuwende kracht Walter Hayes aan het hoofd van het Britse merk. Het nieuwe model keerde met een verfijnd lijnenspel weer terug naar de stijl van weleer en de naamgeving van vroeger: de DB7. Het werd een enorm succes met zo’n 7.000 verkochte exemplaren, meer dan van welk Aston Martin model ook.
Toekomst
Sindsdien heeft Aston Martin die lijn vastgehouden. De Vanquish uit 2001, die de Virage verving, is het beste voorbeeld van de schijnbaar tegenstrijdige inborst die Aston Martin kenmerkt: een chic, tijdloos design met verfijnde luxe afwerking, gecombineerd met brute pk’s en topprestaties.
Onder regie van Ford zijn ook de huidige V8/V12 Vantage en DB9 modellen ontwikkeld. Toen Ford in 2007 afscheid nam van zijn prestigemerk en het overdeed aan Prodrive van David Richards en de Koeweitse investeringsmaatschappij Investment Dar, konden zij voortbouwen op een succesvolle modelreeks. Ze voegden er nog iets nieuws aan toe: de Rapide, een vierdeurs model gebaseerd op de DB9.
Maar alsof de geschiedenis zich blijft herhalen, moest er onlangs weer een nieuwe investeerder in de bres springen om de toekomst van Aston Martin veilig te stellen. De Koeweiti’s zitten financieel zelf klem, dus nam de Italiaanse investeringsmaatschappij InvestIndustrial een maand geleden voor 150 miljoen pond een belang van 37,5 procent in Aston Martin.
De geschiedenis van Aston Martin is er een van echte en bijna-faillissementen. Maar elke keer weer slaagt het merk erin om zich weer te handhaven. Toch is ook nu de toekomst niet zeker. Er zullen opvolgers moeten komen voor de Vantage en de DB9 en daarbij zijn Ford-onderdelen, zoals de huidige motorblokken in essentie zijn, niet meer voorhanden.
Dit jaar is er de nieuwe Vanquish dat weliswaar een nieuw model heet te zijn, maar feitelijk voortborduurt op de DB9 en diens afgeleide DBS. Aston Martin moet weer eens met een compleet nieuw ontwikkeld seriemodel komen. Dat is het inmiddels aan zijn stand verplicht.
Dit artikel verscheen eerder op www.autoblog.nl.